|
Wij
waren op verlof in Nederland van 2 augustus tot 12 september 2007.
PRESENTATIE NFD GHANA IN
BERCHMANIANUM NIJMEGEN 04-09-2007
Op deze pagina staan twee onderdelen van deze presentatie, te weten: Motivatie/verwachtingen en Gedachten. MOTIVATIE/VERWACHTINGEN
(door Ben)
Waarom zijn wij nu als vrijwilligers
voor een periode van 2 jaar gaan werken in Ghana? Ik ben maatschappelijk werker en heb
altijd bij Sociale Diensten gewerkt voor mensen in een achterstandssituatie.
Mijn laatste doelgroep waren de nieuwkomers, de vluchtelingen uit
Iran/Irak/Somalië/Afghanistan; met andere woorden mensen afkomstig uit
oorlogsgebieden. Het was de bedoeling deze mensen in te burgeren in Nederland.
Dees ging zich - naast het geven van Franse les - richten op het geven van
Nederlands als tweede taal voor buitenlanders en maatschappij-oriëntatie
op o.a. een Asielzoekerscentrum. Vanuit deze situatie werd de
belangstelling voor andere culturen steeds maar groter. Verder waren wij in Nederland al actief
als vrijwilligers: -
als aanvullend gastgezin voor een
alleenstaande minderjarige asielzoekster uit Nigeria, een meisje destijds van 15
jaar; -
opvang en begeleiding van een illegaal
Pools gezin; -
kerkvrijwilliger zijn in een
vrouwengevangenis. Als 50-plusser maakte ik al de
levensbalans op. ‘Wat moet ik nog? Wat kan ik nog? Wat wil ik nog?’ En dan
ga je knopen doorhakken en dus beslissingen nemen. We gingen dan ook op zoek naar een
passende uitzendorganisatie en dit werd uiteindelijk Northern Ghana Volunteers
(NorGhaVo), met een staf in Nederland en een staf in Ghana. Deze organisatie
zendt alleen uit naar Ghana en wij wilden ook graag naar een west-Afrikaans
land. Ons project heet Northern Friends for
Development (NFD) en gedurende een periode van 2 jaar willen we dit vrij jonge
project gestalte geven, alsmede voldoende fundament, zodat we daarna het stokje
kunnen overdragen aan directrice Hawa en teacher Paul. GEDACHTEN
(door Dees)
Voordat ik enkele slotgedachten ga
uitspreken, wil ik u toch nog een selectie laten horen uit flarden van
gesprekken met verschillende mensen; uit leesstof; uit beweringen van derden
enz. Wellicht leuk om eens over na te denken. Iemand zei me: Hoe meer kennis van
Afrika, hoe meer zicht op het onbegrip. De witten krijgen de schuld van de
slavernij, de kolonisering en de genocide. Als het in hun straatje te pas komt,
dan beroepen veel Afrikanen zich op traditie. Als het hun slecht uitkomt, dan
verwijzen ze maar al te graag naar het koloniale verleden. Als de Ghanezen de
stress van Nederland zouden hebben, dan waren ze allang dood geweest. Een
Afrikaan verdraagt waar een westerling klaagt. We
have to learn to relax. We have to change the westeuropean software into the
African software. We are too programmed. Een Europeaan
heeft de klok, maar een Afrikaan heeft de tijd. Vaak las ik over de ongelijkheid die
vanzelfsprekend is in Afrika. Een Afrikaan is een scharrelmens. Vrouwen werken
zich echt drie keer in het rond. Het probleem is de Afrikaanse man. Er is genoeg
voedsel voor iedereen, maar er is niet genoeg voor ieders hebzucht. Arme mensen zijn niet het probleem van
de wereld; ze zijn de oplossing. Ik heb gemerkt dat men solidariteit met een
onbekend persoon onbegrijpelijk vindt. Emoties tonen is meestal ‘not done’.
Onbevangen gedrag kan ook daar gevaarlijk zijn en empathie schijnt geen
bestaansrecht te hebben. En wat te denken van: Geesten, hekserij,
voorouderverering: Hekserij dekt persoonlijk falen af. Vooral in deze
hoedanigheid komen Westerlingen de magie tegen. Overigens….Westerlingen die
sterven in Afrika doen dat vooral op de weg. Doodsoorzaak nummer 1 onder de
‘white men’ is niet meer de malaria, maar een verkeersongeluk. Een
Nederlandse priester werkzaam in Ghana vroeg zich wel eens af of het ongezonde,
overdreven religieuze aspect wel eens funest zou kunnen zijn voor de
ontwikkeling van de Afrikanen. Ghanezen zijn gegaan van de verhaalcultuur naar
de beeldcultuur. Je merkt dat ze de leescultuur hebben overgeslagen. Waar ter wereld Afrikanen neerstrijken,
ze blijven arm, omdat Afrikanen consumeren wat anderen produceren en ze
produceren niets wat anderen zouden kunnen consumeren. De mensen in mijn dorp
zeggen me: Jij bent wat je doet; ik ben waar ik van hou. En als je komt om jouw
verlichting in donker Afrika te laten schijnen, blijf dan maar weg. Maar als je
komt om jouw verlichting met de mijne te verbinden, wees dan van harte welkom
Iedere dag weer…………Struggle for life. Afrikanen hebben moeite met
vooruitkijken, omdat men niet zeker is of men de ochtend haalt. Altijd
de struggle for life; altijd suffering, but also smiling. De mensen zijn arm, maar warm! Religie, ceremonie, traditie, hiërarchie,
discipline,community,unity zijn allemaal zaken die men erg belangrijk vindt.
Dingen die bij ons allemaal verdwenen zijn of aan het verdwijnen zijn. Afrikanen
zijn niet mans genoeg om verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen falen;
excuses hebben ze altijd klaar. Het is altijd de schuld van de ander.
Vernieuwing en de drang bestaande praktijken te verbeteren, lijken Afrika
vreemd. Persoonlijke ontwikkeling schijnt niet belangrijk te zijn voor veel
Afrikanen. Wat ze wel belangrijk vinden en waar ze erg gek op zijn, dat zijn
elektronische hebbedingetjes (gadgets). Alles wat blinkt…………….. Afrika is voor Afrika niet het
referentiekader; dat is het Westen. Als Ghanezen zich geen houding weten te
geven, dan beginnen ze te lachen. Men moet de ontwikkeling nog doormaken van
eigen identiteit naar globalisering. Maar de allermooiste visie voor mij komt
van een Ghanese vrouw, woonachtig in Nederland. Ik sprak met haar en zij
verwoordde het als volgt: ‘Samen’ in Afrika is niet hetzelfde als
‘samen’ in Nederland: Voor mensen uit Afrika is het onmogelijk het
Afrikaanse ‘samen’ in Nederland terug te vinden. Ze zei: ‘Ik voel me
opgesloten in een pan, met de deksel er stevig op’. De geïndividualiseerde
Nederlandse samenleving verlamde haar Afrikaanse spontaniteit gedurende een
lange periode. Inmiddels is ze uit haar isolement
gekomen, de deksel op de pan is gaan klepperen en eraf geschoven. Maar uit de
pan klimmen zal er wel nooit van komen………. Goed; we gaan weer even terug naar ons
eigen leven in Ghana; naar onze eigen beleving; onze eigen ervaringen. Vaak
krijgen we te horen: ‘Waarom helpen jullie alleen maar meisjes? Waarom zijn er
geen jongens op NFD?’ Het antwoord is simpel: ‘If you
educate a man, you will educate a man; but if you educate a girl, you will
educate the nation’. Het moge duidelijk zijn dat de
omstandigheden en de cultuurverschillen best zwaar kunnen zijn, maar het is
fantastisch om te zien dat je zó ontzettend veel kunt betekenen op een heel
fundamenteel vlak. Voor wat betreft die omstandigheden: Ja, soms geen water; dan
weer geen elektriciteit; altijd bloedheet; vieze beesten (lezards, hagedissen,
spinnen); de eenzijdige voeding (het eerste half jaar voornamelijk Fufu, TZ en
banku, dat gemaakt wordt van maïs en gierst). De cultuurverschillen echter zijn
lastiger: Altijd maar wachten, wachten, wachten (alles gebeurt nu eenmaal
slow,slow en small,small); het gevoel dat er niets van de grond komt (alles
gebeurt ‘by the grace of the Lord’); altijd maar socializen; iedereen die
zomaar langs komt ‘just to say hello’; weinig privacy (een lastige hobbel
als je een einzelgänger bent); excuses die men altijd klaar heeft. (‘Waarom
was je niet op je werkplek? Oh, I was on travelling; I had a
wedding, an adoration or a funeral); men neemt geen verantwoordelijkheid voor
het eigen falen; het is altijd de schuld van de ander. Of die vorm die veel
belangrijker is dan de inhoud. Maar goed……Cultuur moet je plaatsen binnen
het eigen referentiekader. Je hebt niet het recht te veroordelen, maar je mag er
wel kritisch naar kijken. Ik zelf denk dat ontwikkeling alleen
plaats kan vinden als het berust op de bewustmaking van mensen van hun eigen
situatie. Het is goed om mét de mensen te werken i.p.v. alleen maar vóór hen
te werken. Bezig zijn met hele wezenlijke dingen; dát is voor ons de
‘drive’! Alles voor de meiden! Aan Ghanese vrienden is geen gebrek. They
share and they care! Zij hebben me geleerd om de
kracht uit het leven zelf te halen. Dit betekent soms: Dingen afleren; niet
té resultaat-gericht willen zijn; het accent dat meer gelegd moet worden op
proces en houding dan op produkt en funktie.
Ze hebben me geleerd om vanuit ontmoeting en dialoog te komen tot een
stuk solidariteit. Het is leren van elkaar; openstaan voor de behoeften van
anderen en samenwerken in flexibiliteit. Het is delen wat je hebt, maar zeker
ook delen wat je bent. Het lijkt wel of Afrika werkt volgens
z’n eigen logica. Met onze Westerse ideeën zitten we er soms helemaal naast.
Afrika moet je maar gewoon laten gebeuren. Eigenlijk zou je het West-Europese
hoofd thuis moeten kunnen laten; daar kun je namelijk behoorlijk veel last van
hebben! Aangezien dit laatste onmogelijk is,
moeten we modus vinden om eventuele frustraties om te zetten in uitdagingen. Dat
zien wij als punt van aandacht voor ons 2e jaar. De kunst is om je
niet te ergeren, maar om je te laten verwonderen! Ach………..je kunt nog zóveel
vertellen, nog zóveel foto’s laten zien of whatever…….maar écht delen
kun je het vaak niet, omdat je de ziel van Afrika nu eenmaal niet kunt
overbrengen!!! OK…..Tot zover…………Hier wil ik
het bij laten……… |