16 september
2004
Eindelijk is het dan zover! Na een lange periode van voorbereiding gaan we vandaag
beginnen aan onze exposure van 3 maanden naar Nigeria en Ghana. Om 8.15 uur
stond de taxi op de Hertog Reinoudsingel om ons en de bagage naar station Venlo
te brengen. Met de trein van 9.04 uur vertrokken we naar Schiphol (via Eindhoven-Duivendrecht).
Aankomst Schiphol: 11.11 uur. Versterking inwendige mens en ingecheckt. Schiphol
bekeken. 14.10 uur: Vlucht naar Abuja (hoofdstad Nigeria) met KLM. Duur van
de vlucht: 6 uur. Tijdsverschil: 1 uur. Aankomst: 19.10 uur (lokale tijd). In
het vliegtuig moest nog een formulier voor de douane worden ingevuld. Op de
luchthaven van Abuja mocht niet gefotografeerd worden. Groente, fruit en planten
mochten niet worden ingevoerd. We gingen probleemloos door de douane. Ben zag
dat een man in uniform op nogal geheimzinnige wijze geld kreeg toegestopt. Op
hetzelfde moment zag Dees een tekst met de woorden: 'Corruption kills a nation'.
Welkom in Nigeria!
Pater John Atoba en zijn chauffeur stonden klaar op het vliegveld in Abuja met
in de hand een papiertje met daarop onze namen. Dus dat kon niet missen!
In de auto (een Peugeot 504 van zeker 30 jaar oud met gladde banden), werd ons
verteld dat we niet meer vanavond naar Aliade zouden gaan, omdat dit nog zeker
4 tot 5 uur rijden zou zijn. We zouden de nacht doorbrengen in Abuja in een
klooster van de Zusters van Liefde. De verharde weg hield plotseling op en ging
over in een wegdek vol met kuilen, met aan weerszijden huizen die erg schamel
waren. Op de binnenplaats was het aardedonker. Slechts het hoofdgebouw van het
klooster was verlicht. Ook werden de eerste kikkers gesignaleerd. Op onze kamer
was geen bevestiging voor een muskietennet, maar pater John Atoba vertelde ons
dat er gespoten was tegen de muggen. Bovendien zat er muskietengaas aan de buitenkant.
We kregen nog iets te eten en te drinken aangeboden en maakten kennis met enkele
zusters die ons welkom heetten. Het was een warm onthaal!
Back
to top
17 september
2004
Het normale doorspoelingssysteem van het toilet werkte niet.
Dit euvel hoort waarschijnlijk bij de komende periode. Doorspoelen met een emmer
water dus.
Na het ontbijt namen we afscheid van zuster Rose, zuster Genoveva
en anderen. Iedereen informeerde naar je welbevinden. Pater John Atoba (44 jaar)
en de chauffeur Rafaël stonden met de auto klaar om samen met ons van Abuja naar
Aliade te rijden. (Ongeveer 4 tot 5 uur). De autorit was een ervaring op zich.
Je zou duizend ogen moeten hebben! Het leek net een film!
Een impressie:
stinkende en ronkende auto's en brommers; vele kraampjes waar men spullen
probeerde te verkopen (het lijkt één grote handel; iedereen doet in business);
de schamele hutjes; al die zwarte gezichten die je maar blijven aankijken; de
vrouwen met grote manden of takkenbossen op hun hoofd; de baby's op de rug
(geknoopt in een doek); de politiecontroles (zo ongeveer om de tien km.);
politie met machinegeweren; bosarbeiders met hakbijlen; schoolkinderen in
uniform; vrachtwagens vol met bananen; open karren met kinderen die volop
lachten, zwaaiden en zongen; hele gezinnen op de brommer; geiten en koeien langs
de weg; de kleurrijke kleding enz. Deze beelden zijn niet te beschrijven. Je zou
ze zelf moeten zien. Er werd getankt. In Kefi maakten we een stop. Rafaël sprong
uit de auto en ongevraagd gaf hij ons ieder een fles water, omdat het een lange,
warme autorit zou worden. De hartelijkheid van de mensen is aandoenlijk. (Arm
maar warm!) Je voelt je gewoon bezwaard. Route: Akwangwa-Jos-Makurdi. De hitte
was nog draaglijk. Qua natuur was er volop groen.
Op een gevaarlijke weg
stond een bord met de tekst: ' Many have gone here'! Ook veel opschriften m.b.t.
aids: ' Support them; be a friend' enz.
Aankomst Lafia: The capital city of
Nasarawa-state.
De straatbeelden staan op het netvlies. Heel indrukwekkend!
Het fototoestel draait nu al op volle toeren. Aankomst North Bank, Makurdi
(Benue-state). We maakten kennis met collega's en familie van John Atoba, o.a.
met zijn meerdere, zijn zus en nichtje.
Op de veranda van het huis kregen we
bier. Zoals later zou blijken wordt dit vaak aan gasten aangeboden. Inmiddels
arriveerde een andere chauffeur met auto. We begrepen dat er onderling een heel
programma voor ons was opgesteld en dat er op organisatorisch vlak onderling
geruild moest worden, omdat John Atoba de aankomende week afwezig zou zijn
i.v.m. een meeting elders. Jonathan was de naam van de nieuwe chauffeur. Toen we
gebruik maakten van het toilet, kregen we bijna teveel. Ook hier moest
doorgespoeld worden met een emmer water. We namen afscheid en vertrokken. We
kwamen langs de Benin-river. In Makurdi maakten we met John en Rafaël een stop
om een hapje te eten. Toiletgebruik was niet mogelijk, omdat deze simpelweg
kapot was. Toen naar de markt in Makurdi. Hier werd in een kleurrijk
marktkraampje geld gewisseld: 200 Euro voor 32.000 Naira.
(160 Naira = 1
Euro). Hierna John Atoba verblijd met twee mooie blouses. Inmiddels was de regen
losgebarsten. Compleet noodweer! (Overigens, we zitten tegen het einde van ' the
rainy season'). De marktstalletjes fungeerden als schuilplek. Iedereen bood de
twee blanken stoelen en paraplu's aan. Onderweg van Makurdi naar Aliade deed
John verschillende boodschappen. Om 17.00 uur kwamen we op de plaats van
bestemming aan in Aliade: The Holy Ghost House: Het klooster van de paters van
de Heilige Geest. (The Central House of the Makurdi District of the Holy Ghost
Congregation working in the dioceses of Oyukpo, Makurdi, Jalingo and
Yola).
Op het terrein van 'The Holy Ghost House' bevindt zich een middelbare
school:
' Mount St. Michael's Secondary School Aliade'. Op deze school zitten duizend
leerlingen.(Allemaal jongens in uniformen: Zwarte snoeten in roze kleding).
Er zijn leerlingen die te ver van school wonen en dus intern verblijven, maar
er zijn ook leerlingen die dagelijks heen en weer pendelen.
Het onderkomen in het klooster bezorgde ons een shock: Een groot, vies,
smerig, oud gebouw midden in de bush, waar het wemelde van het ongedierte. Er
was slechts koud water en overdag was er geen stroom. De sanitaire voorzieningen
waren onvoorstelbaar slecht; dus…………..verstand op nul en ogen
dicht!!!!!!!!
Na de eerste schrik hebben we ons provisorisch geïnstalleerd.
De koffers cq rugzakken dienen als kast.
Boven de bedden hingen de
muskietennetten klaar (4-punts-bevestiging). Aan de buitenkant zat
muskietengaas. Om 19.30 uur werd er gegeten. We maakten kennis met een
collega-priester van John (die op bezoek was) en met een priester-student. Ook
de kok stelde zich voor. Na het eten werd nagepraat in een aparte ruimte. Over
de muur kroop de eerste hagedis; bij het toilet zat nummer twee en over de gang
liep een duizendpoot! Om 22.00 uur ging het licht uit. Men wilde ons kaarsen en
lucifers brengen, maar we hadden een zaklamp bij ons. De zaklamp bleek van
onschatbare waarde te zijn. Dit geldt tevens voor de katoenen
lakenzakken.
Misschien is een
voorstellingsrondje op zijn plaats:
John Atoba is de priester; Barnabas en
Mathiew zijn priester-studenten; Rafaël and Jonathan zijn de chauffeurs; Thomas
is de kok (hoewel de gepensioneerde Moses extra voor ons is opgetrommeld, omdat
hij op de hoogte is van 'the white men's food'). Verder verzorgt Thomas de
was.
De dagindeling van maandag t/m. vrijdag is als volgt:
6.45
uur: Ochtendgebed in de kapel (alleen als de priester thuis is).
7.00 uur:
H.mis in de kapel (alleen als de priester thuis is).
7.30 uur:
Ontbijt.
12.45 uur: Iets drinken in de algemene ruimte (alleen als we niet op
pad zijn).
13.30 uur: Lunch (alleen als we niet op pad zijn).
19.00 uur:
Iets drinken in de algemene ruimte (alleen als we tijd hebben).
19.30 uur:
Avondeten.
20.00 uur: Avondgebed (alleen als de priester thuis is).
22.00
uur: Lichten uit.
Back
to top
18 september
2004
Tijdens het ontbijt de eerste yam geproefd. (Gestampte, gekookte aardappelkoek).
Ook werd verteld over de cassave en deze werd ons ook getoond. Na het ontbijt
een wandeling gemaakt over het terrein van de congregatie, onder leiding van
de 25-jarige Barnabas (priester-student). Hij liet ons de middelbare school
zien (Mount St. Michael's Secondary School) . De school is verdeeld in de
onderbouw (JSS:Junior Secondary School 1-2-3) en de bovenbouw (SSS: Senior
Secondary School 1-2-3).
Het is niet te beschrijven!
Oude gebouwen, rijp voor de sloop, met houten lessenaars; de tafeltjes en
krukjes waren heel gammel; er stonden er zeker 60 in 1 lokaal.
We zagen o.a.
het scheikunde-natuurkunde-en biologielokaal. Je zou nu even geen Westers hoofd
moeten hebben! Barnabas was verbaasd dat wij schrokken en vroeg of er veel
verschillen waren met de scholen in Nederland. We zeiden hem maar dat het goed
zou zijn als Nederlandse leerlingen dit zouden kunnen zien. Dan zouden ze meer
waarderen wat ze hebben en nooit meer klagen. Voor deze priester-student was het
onbegrijpelijk dat alle Nederlandse kinderen naar school kunnen gaan en zelfs
kunnen gaan studeren, ook al zouden de ouders dit niet kunnen betalen.
De
keuken van het complex was in feite geen keuken te noemen. In de buitenlucht
werd gekookt op een takkenbos hout. Gas is te duur. Ook liet hij ons de kapel
zien.
Hierna maakten we kennis met enkele docenten. We stonden gezellig te
praten totdat Dees een steek in de rechtervoet voelde. Ondanks lange broek,
sokken en hoge schoenen toch gebeten door een insekt. Pater en personeel snelden
toe.
Het bloedde een beetje,
maar men zei dat het onschuldig was. Geen teek, maar een ant. Betekende dat geen
'mier' in het Engels?
Onmiddellijk werd besloten dat er meer muskietengaas
voor ramen en deuren moest komen. Waarschijnlijk gebeurt dit als we thuis zijn,
want men werkt hier erg relaxed.
Ook zou een tussenstekker geregeld worden
voor onze oplaadbare apparaten.
Hierna werd samen met John Atoba en Jonathan
de planning doorgenomen. Dit verliep erg warrig (inhoudelijk gezien en qua
prijs). Afgesproken werd dat we de auto voor een week zouden huren. De
chauffeurs Jonathan en Rafaël moesten de honneurs aankomende week waarnemen en
zouden met ons op pad gaan, omdat John Atoba afwezig was, i.v.m. een meeting
elders. Na die week zouden we wel weer verder zien. Voor vandaag stond een
bezoek aan het ziekenhuis en de markt van Aliade op de rol. Samen met John en
Jonathan vertrokken we. In het ziekenhuis troffen we Middeleeuwse taferelen aan.
Hartverscheurend om te zien. Je ziet de armoede op de gezichten van de mensen.
Al die ogen die je aanstaren, maar die je ook welkom heten.
Uitgemergelde
mensen op vieze bedden, baby's, kinderen. Niet om aan te zien!
(En dan hebben
wij het over wachtlijsten!) John Atoba die zelf wel eens in Europa was geweest,
begreep dat het voor ons een cultuurshock moest zijn en vertelde dit ook tegen
het personeel. Alleen mensen die het kunnen betalen, kunnen gebruik maken van
medische voorzieningen. Als je dus geen geld hebt en heel erg ziek bent, dan heb
je gewoon pech en ga je dood. De rondleiding voerde ons door het hele
ziekenhuis: vuile ruimtes die dienst moesten doen als laboratorium,
operatiekamer, mortuarium, intake, röntgenafdeling, kinderafdeling e.d. Er werd
geprobeerd mensen bewust te maken van de aids-problematiek. Een apart gebouw
(instortingsgevaar!) was bedoeld voor TBC-patiënten. Nog nauwelijks bekomen van
de schrik, reden we naar de markt. 'White people' gesignaleerd! Binnen een mum
van tijd had zich een kring van honderden zwarte mensen om ons heen gevormd. We
waren echt een attractie! Mensen staarden ons aan met open mond en achtervolgden
ons. Het gaf een beklemmend gevoel. Als je dan een paar foto's wilt maken (en
dan ook nog met een digitale camera) voel je je helemaal bezwaard en de ander
weet werkelijk niet wat hij ziet. John Atoba moest ons beschermen. Als blanke
moet je echt onder begeleidng zijn. Eenmaal thuis bij de Holy Ghost dronken we
iets en gebruikten de lunch. Moses (de gepensioneerde kok, die extra voor ons is
ingehuurd, omdat hij een beetje op de hoogte is van de West-Europese keuken) had
zijn kookkunsten weer eens laten zien. De priester-student Mathiew is een zoon
van Moses. Het moge duidelijk zijn dat Moses trots is op zijn zoon. Eenmaal
priester zal hij de armoede te boven komen.
Chauffeur Jonathan, priester John
Atoba en priester-student Mathiew aten Fufu: Een soort meelbal die je met je
handen moet eten en waar je telkens een stukje van af haalt. Dit moet je
vervolgens kneden in je hand en dan soppen in een groente/vleesmengsel.
Na de
lunch gingen we met priester-student Barnabas en chauffeur Rafaël naar Makurdi.
Kerk en priesterkerkhof bekeken. Barnabas vertelde dat iedereen wordt begraven.
Crematie is ' not done'. Toen naar de markt (geld gewisseld); iets afgegeven bij
een neef van Barnabas die in zo'n typisch Afrikaans hutje woonde. Dwars door de
modder reden we ernaar toe. De mensen kwamen de hutjes uit om de 'twee witten'
te zien. Hierna getankt en een gasfles cq kerosine gekocht.
Rafaël vertelde
dat er gekookt werd op hout, op kerosine of op gas. Toen iets opgehaald voor
Rafaël, iets afgegeven voor John en banden van de auto opgepompt.
Vervolgens wijn en hosti's
opgehaald bij de ' Sisters of Nativity'. Plotseling zagen
Rafaël en Barnabas
dat de grill van de motor weg was. Dus Rafaël ging op zoek en Barnabas, Ben en
Dees besloten iets te gaan drinken. Water werd niet verkocht, maar men ging het
meteen elders kopen. Iedereen vliegt voor de 'white people'.
Rafaël kwam
terug en had inmiddels een nieuwe grill gekocht (1400 Naira). Hij was een beetje
bang dat John Atoba boos zou zijn. Al pratende kwamen we uit op hele essentiële
levensvragen. En opnieuw werd Dees gestoken door een insekt.
Op de terugweg
naar Aliade stopten we nog bij een supermarkt en om ongeveer 19.00 uur waren we
terug. Stroomuitval! We dronken iets; maakten kennis met de priesters van de
parochie en wederom was er geen gebrek aan ongedierte. Brrrrrr!!! Tussen de
bedrijven door werd er een elektriciën ingeschakeld, die ervoor zorgde dat onze
Europese stekkers pasten op het Nigeriaanse stroomnet.
19.30 uur: Avondeten.
Vroeg naar bed, na eerst weer orde op zaken te hebben gesteld.
Improviseren
is het devies en dat zal het voor de toekomst ook wel blijven!
Back
to top
19 september
2004
Na het ontbijt gingen we naar de kerk in Aliade met John
(priester), Mathiew (priester-student) en Rafaël (chauffeur). De mis was
sfeervol, kleurrijk en de mensen namen aktief deel aan het hele gebeuren. Het
was goed dat we al eens in Nederland een Afrikaanse mis hadden bijgewoond, zodat
we in ieder geval wisten dat dit uren zou gaan duren. Bovendien wisten we dat
het een zeer expressieve gebeurtenis is.
En inderdaad…..Er werd volop
gezongen, gebeden en gedanst. De twee blanken kregen de beste plaatsen, werden
welkom geheten en met open mond aangestaard door honderden gelovigen. Een
onbeschrijfelijke ervaring! Toen John ons introduceerde, begon iedereen te
klappen. Al die zwarte snoeten die je aan blijven kijken is een merkwaardig
gebeuren en gaat je door merg en been. (We zijn Willem-Alexander en Maxima niet
hoor!…..Maar zo word je wel behandeld en dat past niet bij ons). De H. mis vond
plaats in de lokale taal: Tiv. Tijdens de mis werd Ben ingefluisterd door
Mathiew dat fotograferen geen probleem was. Na afloop van de mis kwamen alle
parochianen om ons heen staan en wilden ons aanraken. Gesprekjes werden
aangeknoopt en foto's werden gemaakt. Onder de indruk van deze mis, besloten we
om ook de volgende mis bij te wonen. Deze vond plaats in Abenga. Van hetzelfde
laken een pak, maar nog expressiever en indrukwekkender. Evenals in de eerste
mis waren er twee collectes. Het geld (alleen heel smerig papieren geld) werd
door de kerkgangers in een houten box gedeponeerd. Rij voor rij schuifelde naar
voren. In vergelijking met de eerste mis was er een opmerkelijk verschil. De
eerste collecte was bedoeld voor een gezin dat een slechte oogst had gehad.
Moeder en kind kregen al zingend en dansend geld toegeworpen. De tweede collecte
was bestemd voor het plaatselijke ziekenhuis, ter financiering van medische hulp
voor mensen die dit niet konden betalen. De zusters van het ziekenhuis zongen en
dansten als dank.
Erg opmerkelijk was dat levende dieren als offer werden
aangeboden (kippen, hanen, een bokje e.d.). Ook eieren, bananen en yam werden
geofferd. Na de mis werd alles door John meegenomen. De hele kofferbak van de
auto zat vol! Wij moesten inwendig natuurlijk wel lachen. Op het einde van de
mis moesten Ben en Dees naar voren komen. John had ons geïntroduceerd en we
waren inmiddels dus 'bekend' geworden. Ben heeft nog enkele woorden gesproken.
Na afloop van de mis weer dezelfde taferelen: Starende blikken en men wilde
allemaal op de foto. Toen we wegreden werden we uitgezwaaid en kinderen renden
achter de auto aan.
'Thuis' aangekomen iets gedronken en daarna de lunch
gebruikt. John Atoba vertrok eind van de middag naar zijn vergadering (150 km.
verderop). Dit zou de hele week gaan duren. Wij hebben de middag gevuld met:
schrijven, wandelen en fotograferen.
19.30 uur: Avondeten. We eten altijd met
de priester of de priester-studenten, maar
nooit met het personeel.
Ongelijkheid is vanzelfsprekend in Afrika. Het is
normaal om tegen je
personeel te schreeuwen en ze uit te schelden.
Tot 21.30 uur gepraat met drie
priester-studenten. En weer vroeg naar bed!
Om 22.00 uur gaat het licht uit.
Je gaat weliswaar heel vroeg naar bed, maar staat ook heel vroeg op. (Iedere dag
omstreeks 6.30 uur).
's Nachts hoorde Ben explosieve knallen. Bij navraag
bleek dat de politie regelmatig een paar keer schoten loste in de lucht om
inbrekers af te schrikken en de compound te beschermen.
Back
to top
20 september
2004
Na het ontbijt zou Jonathan ons komen halen. Hij is deze week
onze chauffeur.
(1 week auto met chauffeur: 17.500 Naira = ongeveer 100
Euro. Dit is exclusief brandstof). Voor vertrek vroegen we aan Moses of we
ondergoed en sokken aan de waslijn mochten hangen (die hadden we namelijk zelf
in de wastafel op onze kamer gewassen). Meteen kwam een jonge knaap (Thomas)
toegesneld die aanbood om onze was te doen. Dit betekent: Er is een wasplaats op
een smerige binnenplaats midden in de bush. Het regenwater wordt opgevangen in
een grote ton en vervolgens verdeeld over drie emmers waarin de was wordt
geweekt, ingezeept en uitgespoeld.
Daarna de kapel bekeken. Foto's gemaakt:
Thomas op z'n wasplaats; Moses in de keuken en verder de spoelkeuken; de plek
waar gestreken werd; de gemeenschappelijke ruimte; kapel; toilet; douche; de
kamers; de gangen; de bananenbomen e.d. Het wachten was op de chauffeur. Hij zou
na het ontbijt komen (tussen 8.00 en 9.00 uur). Omdat er om 10.00 uur nog
niemand was, besloot Dees om de tijd goed te gaan benutten en wat schrijfwerk te
gaan doen. Westerse hoofd loslaten is nog moeilijk! Afrika moet je eigenlijk
laten gebeuren. (Een Europeaan heeft de klok; een Afrikaan heeft de
tijd!!!!)
Om 10.15 uur verscheen niet Jonathan, maar Rafaël. Hij bracht ons
naar Makurdi. Daar zouden we Jonathan ontmoeten. Jonathan woont en werkt in
Makurdi. Eerst werd Thomas afgezet op de markt en we reden door naar Makurdi,
naar de werkplek van Jonathan. Hij werkte bij een vervoersmaatschappij. We zagen
ontzettend oude bussen; we maakten kennis met zijn collega's en kregen in het
kantoortje iets te drinken aangeboden. Na enkele 'kiekjes' gemaakt te hebben,
reden we met Jonathan en een vriend (Emmanuel, student op de
landbouwuniversiteit) verder. Rafaël bleef wachten.We gingen naar een cybercafé.
Dit cybercafé was onvoorstelbaar oud en slecht. We wilden mails ophalen en
verzenden. Dit verliep erg moeilijk. Eerst was de server 'not found', toen was
er een overcapaciteit en vervolgens werd aangeraden 's nachts terug te komen,
omdat het dan wellicht iets sneller zou gaan. Uiteindelijk hadden we dan toch
onze mails op het scherm, maar was het onmogelijk om deze te openen. Inmiddels
waren we 2½ uur verder. Hierna op zoek naar een simlock-kaart voor de telefoon.
Na vele pogingen eindelijk een kaart gevonden. De prijs stond in geen verhouding
tot de periode van gebruik. We krijgen ook steeds meer de indruk dat ze ons
financieel willen 'uitkleden'. (Wit is synoniem voor geld!) Onderweg een hapje
gegeten en daar heeft Emmanuel met zijn simlockkaartje onze telefoon 'unlocked'.
Dat vonden we voor dit moment genoeg. In november in Ghana zien we wel verder.
Voor de periode in Nigeria is niet echt een telefoon nodig.
Hierna op zoek
naar een tweede internetcafé.
Weliswaar beter dan de voorafgaande (we kregen
hier zelfs mails geopend), maar het systeem werkte zo ontzettend traag, dat het
ons behoorlijk op de zenuwen begon te werken.
Het uur was snel om, het
resultaat erg mager: Slechts 1 mailtje kon worden beantwoord. We dachten aan
familie, vrienden en bekenden tegen wie we hadden gezegd: 'Je kunt onze
belevenissen volgen via de site'. Hoe krijgen wij ooit de tekst verzonden naar
onze webmaster? We praten al helemaal niet meer over foto's versturen. Dat het
zo moeilijk zou gaan, hadden we niet verwacht.
Rafaël haalde ons op en toen
pikten we Jonathan weer op bij zijn werkplek. Met z'n vieren reden we terug naar
Aliade, na nog enkele foto's gemaakt te hebben. Na thuiskomst iets gedronken en
opgefrist. (Ja en echt de schroom overwonnen en onder de meest smerige douche
gestaan die je je maar voor kunt stellen: Alles is vies; overal lopen
beesten…..). Is dit één van de moeilijke momenten?
Koffers nagelopen,
gegeten, gekletst, gerommeld. 22.00 uur naar bed.
Back
to top
21 september
2004
Vandaag gaan we naar Gboko. Voor het zover was, hebben we de
was naar Thomas gebracht (binnen een uur hing deze al te drogen). Iedereen
vliegt voor je! We ruimden lege flessen water op en maakten 'a social talk' met
Barnabas. Thomas en Rafaël waren op het land aan het werken. Grasmaaien betekent
hier: met een kapmes slaan. Aan Barnabas gevraagd of we de laptop van John
zouden mogen gebruiken. Dat was geen probleem. Echter: Overdag is er geen
stroom. Bovendien hebben we geen tijd, omdat we de hele dag op pad zijn. De
effectieve werktijd (Een echte Westerse opmerking!) is dan van 20.30 uur tot
21.30 uur. (Na het avondeten en voordat het licht uitgaat om 22.00 uur). Voor
wat betreft de stroomvoorziening: Hier in de bush krijgt men in principe de
elektriciteit van de stad. Vaak werkt dit niet en dan gebruikt men bij
stroomuitval een noodaggregaat. Dit werkt slechts van 18.00 -tot 22.00 uur. Je
kunt je voorstellen dat wij ons bezwaard voelen als men voor ons de dure
noodvooriening aanzet, zdat wij op de laptop kunnen werken. De accu van de
laptop is na 10 minuten al leeg. Wat een omstandigheden om een reisverslag te
maken!!! Barnabas (de priester in opleiding), loopt dit jaar stage in het 'Holy
Ghost House'. Dit betekent dat hij de missen in de kerk moet bijwonen en dat hij
godsdienstles moet geven op de middelbare school op de compound. Deze week staat
voor hem nog in het teken van: leerlingen inschrijven, lessen voorbereiden,
boeken uitdelen e.d. Hij liet het lesmateriaal aan Dees zien.
Tot Jonathan
kwam om ons naar Gboko te rijden, hebben we geschreven (verslag,
introduktiewoordje voor kerk en school). John Atoba heeft namelijk voorgesteld
om a.s. zaterdag een mis bij te wonen waar de bisschop aanwezig zou zijn en hij
heeft het plan om ons les te laten geven. Het is dan handig om een woordje op
papier te hebben, in case of………….
Voor vertrek maakte Moses een foto van
Rafaël, Ben en Dees en beloofde Thomas het gat in het muskietennet van Ben te
maken. Omstreeks 10.30 uur vertrokken we (Rafaël, Jonathan, Ben en Dees). Ook
Moses reed het eerste stukje mee en werd afgezet op de markt.
Op naar Gboko!
We kwamen langs het onderkomen van de gouverneur van het district. Overal langs
de kant van de weg ligt gedumpt afval. Als je dan vertelt hoe in ons land wordt
omgegaan met milieu, dan kijken ze je aan of je van Mars komt!
Waar je ook
stopt, je blijft een attractie! Een blanke is een bezienswaardigheid! Toen we
foto's wilden maken van prachtige straatbeelden, werd dit afgeraden vanwege
gevaarlijke situaties. We gingen naar 'St. Thomas Catholic church' en werden in
het parochiehuis welkom geheten door de mede-priesters (waaronder een neef) van
John. (Holy Ghost Fathers in Gboko). De ontvangst was wederom geweldig!
Eerst kregen we koffie
(zowel koffie als koffiemelk is in poedervorm); daarna werd er bier
ingeschonken. Vervolgens kwam er een hele tros bananen te voorschijn. Dit alles
was alleen voor de gasten Ben en Dees. Maar ook moesten we mee-eten. Hier
proefden we onze eerste Fufu.
Iedereen kon het erg waarderen dat wij mes en
vork weigerden en het aten op de Afrikaanse manier: Met je rechterhand.
(Linkerhand is onrein). Eerst was je je hand, dan haal je telkens een stukje van
de meelbal af en kneed je dit in je rechterhand, alvorens het in een
groente/vleesmengsel te soppen. Toen we weggingen kregen we bananen, mango en
noten mee. Dit moet je aannemen als gift, anders beledig je de gevers. Iedereen
zwaaide ons uit en wij vertrokken richting markt. De markt in Gboko is één van
de grootste markten in Nigeria en is vooral bekend om de tomaten. De chauffeur
nam ons mee naar de marktmeester om toestemming te vragen, zodat we konden
fotograferen. Onder begeleiding van twee chauffeurs en de marktmeester konden de
blanken wel worden rondgeleid over de markt. Overal starende blikken……… De
marktmeester verzocht ons een goed woordje te doen voor zijn tomaten in
Nederland. Machines zouden welkom zijn. Veel werd weer op de gevoelige plaat
vastgelegd en hierna vertrokken we richting cybercafé. De computer werkte goed,
totdat de stroom uitviel en men overging op noodaggregatie. Gelukkig hadden wij
net onze mails verzonden. Onderweg veel politiecontroles. Bij deze controles
wordt altijd een stopteken gegeven. Men houdt het machinegeweer horizontaal en
als je door kunt rijden, laat men het machinegeweer zakken. Op de terugweg
werden we aangehouden door de politie en werd de kofferbak gecontroleerd. Deze
lag vol met fruit van de paters. Verder maar weer richting Aliade, waar we om
ongeveer 17.00 uur arriveerden. Opgefrist en opgeruimd tot het avondeten om
19.30 uur. Het muskietennet van Ben was niet gemaakt. Het gat hebben we
'gestopt' met een paar sokken. Stroom is er van 18.00-tot 22.00 uur; dus die
tijd moet goed gebruikt worden. Na zonsondergang (omstreeks 18.15 uur) is het
helemaal donker en worden de muggen aktief. Het wordt al vertrouwd om 's avonds
onbeschermde delen van het lichaam in te smeren met Deet. Omdat we bedekkende
kleding dragen, beperkt zich dit tot handen en gezicht. 's Avonds gewerkt met de
laptop totdat het licht uitging om 22.00 uur.(Omstreeks 21.45 uur word je
hiervoor gewaarschuwd d.m.v. drie korte lichtsignalen).
Back
to top
22 september 2004
Allebei een beetje last van de buik.De
Fufu breekt ons nu al op! Loperamide en ORS ingenomen. Na het ontbijt
geïnstalleerd met de laptop om verder te gaan met het reisverslag. Goed en wel
op dreef en ja hoor……..Stroomuitval. Ben met de verrekijker de omgeving
aanschouwd. Rafaël kwam zeggen dat de benzine van de auto op was. We gaven hem
3000 Naira (ongeveer 19 Euro) om te kunnen tanken.
Thomas kwam de was
terugbrengen: Gestreken en wel. Het is heel gebruikelijk om als blanke personeel
te hebben: een kok, een chauffeur e.d. Je schept hierdoor een stukje
werkgelegenheid. Vandaag zou Thomas het gat in het muskietennet van Ben
repareren. Jonathan bleek niet te komen vandaag. Als je naar de reden vraagt,
krijg je altijd min of meer hetzelfde antwoord: 'He had a problem with………' en
dan wordt een reden gegeven. Men legt altijd de schuld bij een ander. Excuses
heeft men altijd klaar. Rafaël reed vandaag en nam Barnabas mee. Laatstgenoemde
zou eigenlijk op de middelbare school moeten zijn, maar vroeg een vrije dag aan
de direkteur onder de vlag van: Ik moet vandaag van pater John Atoba met twee
blanken naar Kasina-ala en ik moet de chauffeur en de twee blanken
begeleiden.
Het feit dat de naam van een priester en twee blanken wordt
genoemd, is genoeg om een vrije dag te krijgen. De manier van werken en leven is
ontzettend relaxed. 'Take life easy' lijkt hier de slogan te zijn. We vertrokken
(Rafaël, Barnabas, Ben en Dees). Thomas reed het eerste stukje mee en werd
afgezet op de markt. Op naar Kasina-ala!
Onderweg aangehouden door de
politie. Deze vroeg of Rafaël een brandblusser in de auto had. "Nee, maar ik ga
'm dadelijk kopen" , luidde het antwoord (in de lokale taal TIV en werd voor ons
vertaald in het Engels). We mochten verder rijden. We zagen politie die
preventieve controles uitvoerden: Highway Crime Prevention.
Aankomst Kasina-ala omstreeks 12.00 uur. Van 12.00-tot 15.00 uur verbleven
we in het parochiehuis van 'St.Gerards Catholic Church'. We dronken iets en
werden weer behandeld als eregasten. Het bier verschijnt op tafel, gevolgd
door vele andere drankjes. We spraken met de priester en vertelden onze toekomstplannen.
Hij vroeg ons te informeren bij de SMA in Nederland waarom zij niet uitzenden
naar Nigeria.
(SMA-priesters uit Nederland zenden wel uit naar Ghana, maar niet
naar Nigeria; SMA-priesters uit Ierland daarentegen zenden wel uit naar
Nigeria). Tussen de regels door konden we bespeuren dat deze priester niet echt
geloofde in de toekomst van Nigeria. De arbeidsmoraal is slecht: 'Als ik vandaag
niet werk, krijg ik toch wel te eten'. Vervolgens hebben we kennis gemaakt met
zuster Dorothy. Toevallig was zij aanwezig, omdat ze een vergadering had
bijgewoond. Deze religieuze verpleegkundige is werkzaam in een ziekenhuis in de
plaats die we morgen bezoeken (Adikpo). Dus we kregen een uitnodiging om langs
te komen voor een rondleiding. Zij informeerde bij ons naar het aidsprobleem in
Nederland. Dit gerelateerd aan het gigantische aidsprobleem in Afrika. De
conclusie was: 'Prevention is better than cure'. Maar daarvoor is nodig: 'A
change of the behaviour'. En dat is nou juist het probleem. Hierna werden we
uitgenodigd aan tafel en wederom verscheen de Fufu (die ons gisteren zo slecht
bekomen was).
Uit fatsoen namen we een beetje, maar toen men onze borden
steeds meer vulde, besloten we om onze eigen grenzen aan te geven en te zeggen
dat we hun gastvrijheid erg waardeerden, dat we Fufu best lekker vonden, maar
dat een West-Europese maag daar niet zo van houdt. Dat werd begrepen en dus
beperkten Ben en Dees zich tot het dessert: Compôte van vers fruit (mango,
sinasappel, banaan e.d.). Omdat Dees al enkele dagen vreemde bultjes op de hand
had en een paar keer gestoken was, besloten we dit aan zuster Dorothy te laten
zien. En jawel……..Gestoken door de malariamug. Geen paniek! Het feit dat je
malariatabletten slikt, onder een klamboe slaapt, je insmeert met Deet,
bedekkende kleding draagt en veel drinkt is meer dan voldoende. Gewoon mee door
blijven gaan. Mocht je koorts, hoofdpijn, griepachtige verschijnselen krijgen,
dan kan een bloedonderzoek worden gedaan. (By the way…Hoofdpijn is er
al……….Straks maar even de temperatuur opnemen……..).
We hebben zelfs eigen
naalden en spuiten bij ons en we hebben een malariakuur meegenomen vanuit
Nederland. Dus dat zal niet zo'n vaart lopen.
Na het eten hebben we de kerk
en de varkensboerderij bekeken. Van toiletgebruik word je nergens vrolijk: vies,
vies, vies en doorspoelen met een emmer water.
Ook nog een soort
lerarenopleiding bezocht. Normaal gesproken is het gebruikelijk dat je
toestemming vraagt aan de staf om iets te mogen bekijken. Barnabas vond dit nu
echter niet nodig, maar bij het verlaten van het schoolterrein werden we
tegengehouden en werd Barnabas op het matje geroepen door de schoolleiding. De
'security'-regels werden hem nog eens uitgelegd. Hierna het internetcafé van
gisteren bezocht, omdat deze het meest voldoet aan westerse maatstaven. Ook
Barnabas getrakteerd op een uurtje internetten.
Mails opgehaald en verzonden.
Een lokale medebezoeker gaf het advies om niet via netmail, maar via
'mail2web.com' te werk te gaan. Een goede tip!
Vervolgens hebben we nog een
kort bezoek gebracht aan een neef en een tante van Barnabas. Deze neef bleek een
SMA-priester in opleiding te zijn. Hij was erg geïnteresseerd in onze plannen.
(Dus Barnabas is Holy Ghost priester-student en zijn neef SMA priester-student).
Overigens..Barnabas is niet echt het type priester-student! De tante ontfermde
zich over acht weeskinderen. De ouders van deze kinderen waren gestorven aan
aids. Met alle kindertjes op de foto natuurlijk! Ze vermaakten zich slechts met
een steen en een stukje hout. Aandoenlijk om te zien!
Terug naar Aliade waar
we omstreeks 18.15 uur arriveerden.
De wasjongen een fooi gegeven. Hij had
namelijk het gat in het musiektennet van
Ben goed gerepareerd. Hoewel we
twee éénpersoons bedden hebben met ieder een éénspersoons muskietennet van het
huis, besloten we toch om dit te laten vervangen door ons eigen muskietennet,
omdat deze geïmpregneerd is met Dawa.
's Avonds verfrist, opgeruimd, gegeten,
getypt.
Back
to top
23 september
2004
We zijn een week weg. Het lijkt wel een jaar. Het is de meest
shockerende week geweest uit ons leven. Het is vandaag donderdag, dus dat
betekent Lariam-dag. (Malariatabletten die 1x per week moeten worden
ingenomen).
Thomas en Moses bevestigen vandaag ons eigen muskietennet. De
muskietennetten van het huis worden verwijderd. Getypt en de was naar Thomas
gebracht.
Vandaag gaan we op pad met Jonathan en een vriend van hem die Alex
heet. Adikpo staat op het programma. Eerst werd er getankt. Ben betaalde 2400
Naira (ongeveer 15 Euro) voor 50 liter benzine. We vonden dit een beetje vreemd,
omdat Ben gisteren ook al benzine had betaald: 3000 Naira (ongeveer 18 Euro).
Toen we de jongens daarop aanspraken , kregen we als antwoord: De auto slurpt
benzine: 1 liter kost 50 Naira. Met 60 liter kun je 300 km. rijden. Een verbruik
van 1 op 5. Onderweg een leuk gesprek gevoerd met Alex (leraar Engels op de
middelbare school). Hij vertelde dat Afrikaanse mannen heel veel vrouwen mogen
hebben (zijn vader had 7 vrouwen), maar dat een Afrikaanse vrouw alleen haar
eigen man mag hebben. Toen wij vertelden dat dit 'not done' was in Nederland,
begrepen ze daar niets van. Maar toen wij vertelden dat mensen in Nederland
kunnen samenwonen zonder getrouwd te zijn, barstten ze in lachen uit. Ze kregen
helemaal te veel toen ze hoorden dat twee mannen en/of twee vrouwen kunnen
samenleven/trouwen en dat zelfs kinderen gerealiseerd kunnen worden. Ook de
sterke familieband en het diepe geloof kwamen ter sprake. Voor deze mensen is
het onbegrijpelijk dat wij daar 'losser' mee omgaan.
Ook kwam het
aidsprobleem ter sprake. 'Birthcontrol' zou een oplossing zijn, maar dat blijkt
niet bespreekbaar te zijn. We passeerden de 'Ushongu Hills'. Aankomst in Adikpo
bij St. Ann's parochie en St. Monica's hospital (het ziekenhuis waar zuster
Dorothy werkt). Hier bezochten we eerst de Holy Rosary Convent (het klooster
waar zuster Dorothy woont). Ze heette ons welkom en liet het klooster zien. We
kregen iets te drinken en aten brood. Vervolgens gingen we naar het parochiehuis
waar we kennis maakten met Father Peter; een zeer humoristische priester. Hij
was wel eens in Canada en Europa geweest, dus hij begreep dat wij diverse
cultuurshocks doormaakten, alsmede dat we geen Fufu meer aten. Hij vond het
verstandig dat we onze eigen grenzen aangaven. Wat Fufu met ons deed, had kaas
met hem gedaan. Dus iedereen gebruikte de Fufu-lunch en wij dronken slechts
water en knabbelden op enkele nootjes.
Hierna volgde de rondleiding over het
terrein, die verzorgd werd door zuster Dorothy. We bekeken de lagere school, de
middelbare school en het ziekenhuis. Leerlingen en patiënten vonden het een eer
als je foto's van hen maakte (terwijl wij ons hoogst bezwaard voelden en overal
toestemming vroegen). We vielen compleet stil! Van de beelden werd je niet
vrolijk. Mensen die maanden buiten voor het ziekenhuis op de grond liggen in
afwachting van hulp. We moesten ons in de arm knijpen om te beseffen dat we niet
droomden. Er was net een baby geboren en we mochten moeder (een jong meisje) en
kind zien. Toen de baby begon te huilen, zei zuster Dorothy: 'Welcome to the
world of trouble'! De foto's spreken voor zich. Hier zijn geen woorden voor. Op
de terugweg werd geconstateerd dat de auto behoorlijk benzine lekte.
Provisorisch werd dit op een chaotische binnenplaats gerepareerd. Het was de
plek waar koningin Elisabeth in de Tweede Wereldoorlog was geland. In de
volksmond werd deze plek dan ook ' Londen' genoemd. In de verte zagen we de
grens met Kameroen. Langs de kant van de weg sinasappels gekocht (geschild
uiteraard!) Om 17.30 uur waren we terug. Opgefrist, opgeruimd, gegeten en
getypt. (Iedere keer hetzelfde stramien).
We zitten een beetje in een dip en
fantaseren over een schoon toilet en een schoon huis. De klamme warmte mat af
(zeker tussen 18.00 en 20.00 uur).
Tijdens toiletbezoek viel de stroom weer
eens uit en moest de zaklamp uitkomst bieden. Vanavond ging het licht niet om
22.00 uur uit, maar zelfs al om 21.45 uur. Ben stootte zich aan de rand van het
bed en moest op zoek naar een pleister. Toen bleek dat ook een hoofdlamp heel
handig kan zijn!
Back
to top
24 september
2004
Slecht geslapen. Even wennen wellicht aan het nieuwe
muskietennnet: Van 4-puntsbevestiging naar 1-puntsbevestiging; dus minder
binnenruimte. Ook allebei wat buikklachten. Dus Moses….Stop a.u.b. 's morgens
met eieren bakken. Dit werd accoord bevonden. Maar wat schetst onze verbazing?
In plaats van eieren had hij voor die twee witneuzen frites gebakken; 's morgens
om 7.30 uur!!!! O, wat kun je dan toch zin hebben in een volkoren boterham met
kaas! Tussen 7.00 en 9.00 uur is het zo vochtig warm, dat een douche nemen geen
enkel effect blijkt te hebben.
Hierna gevraagd of de generator aan mocht,
zodat Dees nog een uurtje op de laptop kon werken. Ben maakte een wandeling en
zag dat de leerlingen van de middelbare school zelf het terrein van de compound
schoonhielden: Keep MSM clean! (Mount St. Michiel's). Omstreeks 10.00 uur kwamen
Jonathan en zijn vriend Alex ons ophalen om naar Vandelkya te gaan. Voor vertrek
werden er verschillende foto's gemaakt. Men vond het leuk als de 'white one's'
tussen de 'black one's' stonden. Dus de pose werd als volgt:
Barnabas(zwart)-Dees(wit)-Jonathan(zwart)-Ben(wit)-Alex(zwart). Het was heel
merkwaardig dat Moses 300 Naira aan ons vroeg, zodat hij medicijnen bij de
apotheek kon kopen. Hij bleek last van zijn rug te hebben. Toen we hem een
briefje van 500 Naira gaven, zeiden we tegen elkaar: Zouden we 200 Naira
terugzien? We gingen tanken en de benzine was 5 Naira duurder geworden t.o.v.
gisteren. Bij een benzinepomp kijk je je ogen al uit. Het bedrag wordt niet
aangegeven en er staan zeker 25 oude bromfietsen om zo'n pomp opgesteld. In het
cybercafé in Gboko e-mails gecheckt. In Adikpo zuster Dorothy opgehaald en toen
verder richting Vandelkya. We gingen naar de St. Franciscusschool voor doven en
blinden en maakten kennis met zuster Eunice en zuster Brigitte. Jonathan en Alex
speelden onderwijl een potje 'dar': een typisch Afrikaans spelletje. De zusters
lieten vier dove kinderen komen (3 jongens en 1 meisje). Zuster Eunice en de
kinderen communiceerden in gebarentaal met elkaar. De kinderen moesten hun naam,
leeftijd en school aan ons ' vertellen'. Wij vroegen naar hun toekomstwens. Een
jongen wilde wiskundeleraar worden; de tweede jongen wilde de middelbare school
afmaken; voor het meisje was de toekomst nog open en de laatste jongen wilde
heel graag bij de zusters op de Franciscusschool blijven. Deze laatste jongen
(James) kwam heel angstig en verwilderd over. Zuster Eunice vertelde dat het een
straatkind was; door iedereen verlaten; ze had hem letterlijk van de straat
opgepikt. Niet alleen wij, maar ook Jonathan (de chauffeur) en Alex (zijn
vriend) waren erg onder de indruk. Het is heel normaal dat ziekenhuizen en
scholen zonder financiële steun van de overheid moeten functioneren. De kerken
bieden dan de helpende hand. Het volgende bezoek was op bestuurlijk niveau. We
bezochten de 'Deputy Chairman of the local government'; een soort gouverneur van
de provincie. Met deze Donald Kparev hadden we een goed gesprek. Als er blanken
op bezoek komen, wordt dit gezien als pr voor Nigeria. Tevens werden we
gewaarschuwd voor criminaliteit. Met de gouverneur gingen we naar het
plaatselijke hotel; want niets is goed genoeg voor gasten. We kregen iets te
drinken en voor de gasten werd een televisie aangezet. (Heel hard!) Bij ons zou
je juist een televisie uitzetten als er bezoek kwam.
Er werd gegeten: Een
soort pepersoep voor de Afrikanen en rundvlees voor de blanken. Tijdens het eten
werd het symbool van de natie besproken. Dit is de 'foodbasket': een mand vol
met groenten en fruit; teken dat er genoeg te eten is).
Vervolgens werden de
problemen van Nigeria besproken. Externe factoren: Het land wordt leeggezogen
door het buitenland. (Voor een dollar kun je in Nigeria veel kopen). Men geeft
Europa nog altijd de schuld van de problemen. Interne factoren: Het grote aantal
inwoners, gerelateerd aan de diversiteit (bijv. 250 lokale talen). Inclusief de
dialecten zit je op 480 talen. Natuurlijk is de corruptie ook een hele
belangrijke interne factor. W e namen afscheid van de gouverneur en brachten
zuster Dorothy terug naar haar woon-en werkplek. Gedurende de dag hadden we haar
gevraagd of het mogelijk was dat Dees in het laboratorium geprikt kon worden
(met onze eigen naald en spuit a.u.b.!), omdat ze opnieuw gestoken was door de
malariamug. Het laboratorium was echter net gesloten. Wellicht een andere keer.
We moesten beloven dat we haar nog gedag zouden komen zeggen, voordat we het
land zouden verlaten. Bovendien wilde ze ons adres hebben. We gaven een donatie
in euro's ('Help the poor') en we werden omhelsd, terwijl ze maar bleef
uitroepen: "God bless you"; "God bless you". De terugreis naar Aliade werd
aanvaard. Op de terugweg getankt en werd de ' mechanic village' bezocht: een
schroothoop van oude auto's. Hier werd de benzinelek van gisteren en een
luchtfilter gerepareerd. Volgens ons is autorijden in Nigeria gevaarlijker dan
vliegen. Als je in Nigeria kunt rijden, dan kun je over de hele wereld rijden.
Autorijden in Nigeria is laagvliegen!
Vervolg terugreis. Omstreeks 19.00 uur
waren we "thuis". Alex vroeg nu ook om ons adres. We gaan er vanuit dat we deze
docent Engels kunnen vertrouwen, maar we namen ons voor om nu niemand meer ons
adres te geven.
Back
to top
25 september
2004
Na het ontbijt kwam Moses de medicatie laten
zien die hij gekocht had van onze 500 Naira. Hoewel hij de 200 Naira niet had
teruggegeven (medicatie kostte namelijk 300 Naira), vonden we het wel leuk dat
hij er in ieder geval nog op terugkwam. Thomas had onze was gedaan. Omstreeks
8.30 uur kwam John Atoba terug van de meeting, in gezelschap van andere paters.
We vertelden de belevenissen van afgelopen week en hij brainstormde met ons over
de planning voor de aankomende tijd. Om 10.00 uur zouden we naar een mis gaan.
Maar niet zomaar een mis. De H. Petrus en Pauluskerk in Aliade vierde de opening
en de wijding van het parochiehuis door de bisschop. Tevens werd gevierd dat de
pastor uit de parochie ter plekke 7 jaar werkzaam was. (SS Peter & Paul
Parish Aliade celebrates the dedication of the Parish house by Most Reverend
Athanasius Atule Usuh and the 7th Priestly Anniversary of Reverend Father James
I. Akpagher CSSp). Zo'n duizend mensen woonden de viering bij. Het zingen, het
dansen, het offeren was weer één spektakel! De open monden, de starende blikken
en de VIP-behandelingen voor twee blanken zullen nooit wennen. In de kerk kregen
we de beste plaatsen en we werden welkom geheten. We moesten gaan staan en te
midden van al die mensen kun je niets anders doen dan vriendelijk lachen. Na de
mis ging iedereen in optocht naar het nieuwe parochiehuis. We weten inmiddels
dat religie-ceremonie-traditie en hiërarchie erg belangrijk zijn in Afrika, maar
wat er gebeurde tijdens de wandeling van de kerk naar het parochiehuis is
onbeschrijfelijk. Slechts de 'happy few' mochten met de neus vooraan staan
tijdens de opening van het parochiehuis. En jawel hoor……….
De hele mensenmassa week
uiteen en de twee blanken werden naar voren geleid, samen met de bisschop, de
priesters en de chiefs (stamhoofden). Duizenden zwarte mensen die een haag
vormden, die klapten, lachten en dansten, die ons toejuichten, zwaaiden en
aanraakten. Het is niet uit te leggen aan de bevolking dat wij iedereen gelijk
achten. Dat begrijpen ze echt niet. Je bent wit, dus je bent heel speciaal!
Sommige kinderen hadden nog nooit een blanke gezien. Toen wij ze wilden
aanhalen, schrokken ze enorm en renden weg. Je wordt door iedereen uitgenodigd
om te komen eten; ze willen het lokale voedsel voor je bereiden (TIV-food). Als
je vriendelijk het aanbod afslaat, zeggen ze dat ze ook op de hoogte zijn van
'white men's food', dus als je dat liever hebt……………….
Met het doorknippen van
drie linten (Vader-Zoon en Heilige Geest) was de opening een feit. Hierna werd
het parochiehuis bekeken en werd er (samen met de bisschop) gegeten en
gedronken. Wederom slechts voor de 'happy few' en wederom waren de witneuzen van
de partij. Iedereen vraagt waar je vandaan komt. We hebben gemerkt dat het woord
'Holland' vaak opgepikt wordt als 'Poland' en dan begint men over de paus te
praten. ('The Netherlands' dus in het vervolg). We spraken met de bisschop en er
werden foto's gemaakt. De bisschop nodigde ons uit voor een lunch a.s. maandag
in Makurdi. Niet te geloven! Gisteren zat je te lunchen met de gouverneur;
maandag ga je lunchen bij de bisschop. We werden voorgesteld aan veel
hooggeplaatsten, aten en dronken. Plotseling verscheen de pers. Eerst werd
gevraagd naar onze namen; vervolgens werd een foto gemaakt. Deze was bestemd
voor een religieuze, regionale krant. ('The Catholic Star'). Of dat nog niet
genoeg was,
verscheen ook nog de lokale televisie en moest Dees in haar beste
Engels en voor de vuist weg een interview geven. Ook moesten de 'VIP's' allemaal
op de foto. We snakten inmiddels naar rust en anonimiteit, maar daar was geen
sprake van.
Na de lunch ging het programma verder in een soort buurthuis.
De VIP's (ja het wordt afgezaagd…..ook de twee blanken), moesten op een
verhoging plaatsnemen en de andere mensen zaten een verdieping lager. O, wat
voelden we ons ongemakkelijk! Vele mensen klampten ons aan en wilden ons adres
hebben. Uit zelfbescherming moesten we dit wel weigeren. Vele anderen wilden met
ons op de foto. Het programma was middagvullend: receptie, gebeden, introduktie
gasten, vele (gast)sprekers (alles geschiedde in de lokale taal; het TIV),
donaties die gegeven werden terwijl men danste. Ook wij werden uitgenodigd om
mee te dansen. Het papieren geld wordt door de gever op het hoofd, tegen de
wang, of het gezicht geplakt/gegooid van de ontvanger. Hoewel we niets
verstonden van wat men zei, was het geweldig om alles gade te slaan.
Echter………..inmiddels was het 16.00 uur (we waren er al vanaf 10.00 uur); het was
bloedheet en we werden moe van al die aandacht. Op een gegeven moment stelde
John Atoba voor om te gaan. Hoewel het nog niet was afgelopen, maakten we
dankbaar gebruik van zijn voorstel. Maar weggaan ging niet zonder slag of stoot.
Honderden zwarte kindertjes renden achter ons aan. Iedereen wilde op de foto.
Toen we 'thuis' kwamen hebben we ons opgefrist, iets gedronken, geschreven,
getypt en gekletst. We praten over de meest uiteenlopende dingen. Wist je
bijvoorbeeld dat het niet nodig blijkt te zijn om in Nigeria een examen af te
leggen als je een rijbewijs wilt halen? Je geeft gewoon geld, vult een formulier
in en dan heb je je rijbewijs. Simple like that!
Back
to top
26 september 2004
Vandaag besloten we om 'thuis' te
blijven, zodat er gewerkt kon worden aan het reisverslag. Toch proberen om niet
teveel achter te raken. De dagen zijn behoorlijk vol; er is nauwelijks rust. De
hitte, het eten, de slechte voorzieningen, de enge beesten, het Engels praten
zorgen ervoor dat je moe wordt. Dus vandaag geven we even onze grenzen
aan.
Toen we dit quasi nonchalant vertelden, zagen we dat het personeel
schrok. Op zondag niet naar de kerk gaan is voor deze mensen niet te bevatten.
Het geloof speelt een enorme rol in het dagelijkse leven van de bevolking. Toch
besloten we om bij ons standpunt te blijven. (We hebben nog nooit zoveel in de
kerk gezeten als de afgelopen 2 weken!) Dus……typen, typen, typen vandaag. Ben
praatte met John, met een nichtje en ging alvast een paar woorden op papier
zetten voor de bisschop. Wat was namelijk het geval? Morgen gaan we lunchen bij
de bisschop! Soms moeten we onszelf in de arm knijpen om te beseffen dat het
allemaal geen droom is. We leren en zien heel veel. Je krijgt veel cultuurshocks
te verwerken. Samen praten we hier veel over.
De blanken krijgen
voortdurend een voorkeursbehandeling, maar moeten wel onder begeleiding op pad.
Lijkt tegenstrijdig! We krijgen de schuld van de slavernij, de kolonialisering
en de genocide. De bevolking is gastvrij; dit heeft te maken met
hun
cultuur. Echter, er zijn altijd mensen met criminele bedoelingen; vandaar de
begeleiding. Hoger opgeleiden kennen de geschiedenis en weten dat de blanken hun
land hebben leeggezogen. Ze weten echter ook dat ze de blanken nodig hebben om
uit het economische dal te komen. Dus ook de hoger opgeleiden proberen de
blanken te vriend te houden.
Tijdens het eten kregen we wijn. John Atoba
vertelde dat de bisschop hem gevraagd had of de Nederlanders wijn dronken en zo
ja, welke wijn de gasten lekker zouden vinden. Niet te geloven!
Terwijl Dees
aan het reisverslag werkte, las Ben in een Nederlands blaadje. Het artikel ging
over grijze en groene stroom.
Hij kon het niet meer opbrengen om verder te
lezen, omdat Dees net het verzoek had gekregen te stoppen met typen. Dit om de
generator te sparen. Op zo'n moment botsen de twee werelden enorm!
's Avonds
het eerste gedeelte van het reisverslag opgeslagen op diskette en koffers
ingepakt.
Back
to top
27 september
2004
Geen stroom. Met de zaklamp onder de douche. Om 7.00 uur toch
maar eens naar de kapel gegaan. Duizendpoten vergezelden ons. Het ongedierte is
hier twee maatjes groter dan bij ons! 8.15 uur: Vertrek (John, Rafaël, Ben,
Dees). Bandenspanning auto werd gecontroleerd en er werd getankt. Onderweg lijkt
het één grote werkplaats: iedereen sleutelt aan brommers en auto's. Allereerst
gingen we naar een cybercafé in Makurdi, waar we omstreeks 9.00 uur -9.15 uur
arriveerden. Dit betekent dus een klein uur rijden om je mails op te halen en
een diskette te verzenden. (Vergelijk: Venlo-Nijmegen). Twee uur op internet
kostte 500 Naira (ongeveer 3 Euro). De plaatselijke bevolking kan dit niet
betalen. Hierna werden er vier autobanden, een brandblusser en een
gevarendriehoek gekocht. Ben zag dat in de kofferbak drie grote plastic tassen
lagen vol met bankbiljetten. Naar de markt gegaan en geld gewisseld. Je kunt in
Nigeria namelijk niet naar een bank gaan, omdat alle geldhandelingen cash
verlopen.
Vervolgens stond de lunch
bij de bisschop op het programma. Eerst gingen we naar zijn kantoor. We spraken
met de 'director communication'. Dit is ook een priester. Hij gaf ons een door
hem gesigneerde krant, die maandelijks verschijnt en bestemd is voor de
parochiehuizen. (Catholic Star). Ook gingen we iets drinken bij een priester die
al 43 jaar in Nigeria werkte en oorspronkelijk afkomstig was uit Ierland. Daarna
naar het huis van de bisschop gegaan. Ook hier weer iets gedronken en geluncht
met de priester, die verantwoordelijk is voor de pr. Later kennis gemaakt met
een priester, die van origine uit de Verenigde Staten kwam. Helaas liet de
bisschop zich verontschuldigen, wegens vermoeidheidsklachten. Hij had namelijk
onlangs een conferentie georganiseerd voor alle bisschoppen van het hele land.
Nauwelijks bekomen van al
deze bijzondere ontmoetingen, werd een stop gemaakt bij de kleermaker. In het
begin van ons verblijf bij John Atoba hadden we hem op de markt van Makurdi
verblijd met 2 blouses/kaftans (dachten we). Wat bleek vandaag? Dat waren (nog)
geen kaftans; het was slechts de stof. Tot onze verbazing werden de maten van
Ben en Dees opgemeten en bleek dat John zijn stof gebruikte om kaftans voor ons
van te laten maken.
Via zijn mobiele telefoon had John weer een volgende
afspraak geregeld. Deze priester bleek niet thuis te zijn. Overal waar John
Atoba komt, gaan alle deuren open. Onnodig te melden dat wij daar ons voordeel
mee doen. Op de terugweg naar 'huis' vonden er nog diverse grappige incidenten
plaats:
Een collega-priester van John (die wij inmiddels meerdere keren
hadden ontmoet), kreeg geld toegestopt door John. Hij stak zijn hoofd door het
autoraampje en zei lachend: "I have got the money for today". Op zijn vraag:
"How do you do?" antwoordde hij zelf: "It is hot today". Hij zag aan onze
gezichten dat wij het smeltpunt bijna bereikt hadden.
Hierna werd er gestopt,
omdat John een telefoonkaart moest kopen. De gevraagde te hoge prijs leverde bij
John een boze reactie op. Het schelden in het TIV (lokale taal) had een
bijzondere intonatie.
Tenslotte: Vanwege een fotostop stapte Ben uit de auto
en werd vrijwel meteen aangesproken door een man: "Hello Ben; I know you from
church". Hij bood spontaan een stuk van zijn afgekloven maïskolf aan.
De
hartelijkheid van de mensen voelt als een warme deken (en het is al zo
warm!).
Om 17.00 uur waren we weer terug. Opgefrist en koffers ingepakt.
Morgenvroeg vertrekken we richting Noorden. We gaan een week naar Yola. En
natuurlijk weer geschreven. Gekletst met Barnabas, Rafaël en Jonathan.
Boodschappen aangenomen voor John; hij was vanavond namelijk afwezig en
verschillende mensen kwamen langs om hem te spreken. Vroeg naar bed!
Back
to top
28 september
2004
We vertrokken om 6.45 uur naar Yola, waar we de hele week
zouden blijven. Een weekje geen Aliade; een weekje geen geluid (slaan met een
steen op een ijzeren plaat) om 5.30 uur: het teken dat de interne leerlingen van
St. Michaels Secondary School moeten opstaan. Ook het inmiddels vertrouwde
tweede signaal zouden we een weekje missen: Om 6.00 uur het signaal voor het
ochtendgebed. Wat een discipline!
John en Barnabas zwaaiden ons uit. Voor
Rafaël, Ben en Dees begon een lange autorit (ongeveer 7 à 8 uur). Getankt.
Onderweg zagen we veel kinderen in uniform, op weg naar school. Omdat er geen
voet-en fietspaden zijn, lopen ze langs de kant van de weg. Plotseling reed
Rafaël van de weg af en de auto verdween in hoog struikgewas, om te stoppen op
een armoedig binnenplaatsje waar enkele schamele hutjes stonden (het merendeel
van leem en stro). Zeer trots keek hij ons aan en zei: "Here is where I live".
We waren in Makurdi. We maakten kennis met zijn vader. Het krioelde van de
kinderen. De hele familie bleek woonachtig te zijn op deze plek. Opeens
verscheen Jonathan. Hij stelde ons voor aan zijn vader (dezelfde man die
geïntroduceerd was als zijnde de vader van Rafaël). Maar dat betekende dus dat
Jonathan en Rafaël broers waren. Daar kwamen we dus achter na bijna twee weken!
Niemand vertelt je dat. (Overigens, hoewel ze dezelfde vader hebben, is de kans
groot dat ze niet dezelfde moeder hebben, omdat een Afrikaanse man meerdere
vrouwen mag hebben). Jonathan bleek 4 kinderen te hebben; Rafaël 2. We maakten
kennis met de vrouw van Jonathan. De vrouw van Rafaël was op het land aan het
werken. Er werden foto's gemaakt. Om het ijs te breken besloot Dees om haar naam
(en die van Ben) op een betonnen verhoging te schrijven met het stoepkrijt uit
Nederland. Goed voorbeeld deed goed volgen. Iedere keer als Dees vroeg: "Who
wants to write his/her name?" kwam er wel een zwart snoetje naar je toe, dat
begon te schrijven. Binnen een mum van tijd was de stoep opgefleurd met namen.
Het kwam goed uit dat sommige stukken krijt gebroken waren. Op deze manier kon
er beter gedeeld worden. Om iedereen bij de aktiviteit te betrekken, beloofde
Dees dat je het stuk krijt mocht houden als je je naam had opgeschreven. Een
kind zó blij te zien met een stuk krijt geeft een heel speciaal gevoel. Je gaat
hier echt 'back to basic!'
Na afscheid genomen te
hebben, reed Jonathan een stukje mee. Hij werd afgezet op zijn werk in Makurdi.
Rafaël, Ben en Dees reden verder. Onderweg is veel te zien.
Overal
opschriften in de berm: 'Deeper life' 'Bible church'. Het geloof speelt een
onvoorstelbare belangrijke rol in het leven van de mensen. Langs de weg lag
cassave te drogen. Overal leerlingen in uniform die met een soort kapmessen gras
moesten maaien op het schoolterrein. Ook zien we vaak kinderen langs de kant van
de weg, die zich vermaken met een (auto)band en deze met een stukje hout vooruit
rollen. Wat kan het leven simpel zijn! Overal borden langs de weg: Yes Fuel; Yes
Gaz; Yes Kero(sine) , om aan te geven dat brandstof voorradig is.
Iedereen
is bezig op zijn eigen manier. Er wordt heel wat afgesjouwd (vooral door
vrouwen). Hoewel kruiwagens als transportmiddel fungeren, blijkt het hoofd
transportmiddel nummer één te zijn: Manden, schalen vol met bananen, yam,
cassave e.d.
Soms verdiepingen hoog; takkenbossen maken het beeld compleet.
Veel politiecontroles onderweg. De weg wordt dan afgebakend door complete
boomstammen. Een automobilist die aangehouden werd, gooide een bankbiljet naar
buiten en mocht doorrijden. (Corruption kills a nation!) Onderweg vertelde Ben
dat er gisterenavond op onze kamer een hagedis had gezeten van zeker 30 cm.lang.
Dees had dit niet gezien, omdat zij elders in het gebouw was. Ben had dus
wijselijk z'n mond maar gehouden en het beest weggejaagd. Blij dat we vandaag de
bush verlaten en richting town gaan. Vervolg autorit. Plasstop gemaakt na 3 uur
rijden in een Holy Ghost House. De chauffeur vindt het heel normaal om deze
autorit van ongeveer 7 à 8 uur non-stop te volbrengen. (Vergelijk:
Venlo-Midden-Frankrijk). Toen wij hem vertelden dat er in ons land geadviseerd
wordt om na 2 uur rijden een kwartier te rusten, lachte hij vriendelijk, doch
begrijpen doet hij het niet.
Een Afrikaan verdraagt waar een Westerling
klaagt!!!!!
Verder maar weer! Het wordt
steeds warmer; een beginnende hoofdpijn dient zich aan en de honger begint te
knagen. Maar……gewoon doorzetten! Het wegdek is heel slecht. Langs de kant van de
weg liggen stapels hout te wachten op vrouwen die deze vrachten op hun hoofd
mogen vervoeren. Even claxonneren voor een geit die de weg oversteekt. Open
karren, oude vrachtwagens, volgepakt met mensen, koeien en spullen passeren de
revue. Voor de mensen is dit een goedkope manier van reizen. Kilometer na
kilometer wordt afgelegd. Overal sjouwende kinderen met takkenbossen; overal
koeien die worden voortgedreven; overal kleurrijke kleding.
Plotseling slaat
het weer om. Het begint overvloedig te regenen. De cassave die langs de weg lag
te drogen, wordt in allerijl bij elkaar geveegd. Er volgde een oorverdovende
onweersknal. Het leek wel een bomexplosie. Ben en Dees schrokken zich rot; de
'driver' reed ongestoord verder: Verstand op nul en blik op oneindig. Tankstop.
We werden omringd door zo'n 25 schapen; veel gehandicapten op oude houten
krukken en kinderen die door het autoraampje spullen probeerden te verkopen.
Toen Ben de chauffeur geld gaf, keken al die donkere ogen naar de bankbiljetten.
Vreselijk! Dit zal nooit wennen! Het wegdek werd steeds slechter. De omgeving
werd bergachtig. We kwamen door Jalingo; 'Headcapital of Taraba-state'. Hier
gingen we een hapje eten. (Voor 3 personen: 950 Naira =ongeveer 6 Euro). Nog 2
uur rijden…….en onder welke omstandigheden……….
Het wegdek was zo goed als
onbegaanbaar: kuilen in de weg; koeien, schapen, geiten op de weg. We gaan
richting Noorden: Daar leven de Haussa en de Fulani. Velen leven als nomaden.
Hier wonen ook de moslims. De eerste moskee werd aanschouwd. Aankomst Yola om
16.15 uur. (Holy Ghost Fathers St. Mary's parish Diocese of Yola). We maakten
kennis met pater Terry Cassey: Een blanke priester afkomstig uit Manchester, die
al bijna 30 jaar in Afrika werkt. We installeerden ons op onze kamers. Jawel:
Gescheiden slapen! Maar….er is stroom! Er hangt ook een muskietennet boven het
bed; er zit muskietengaas aan de buitenkant en we krijgen bussen om te kunnen
spuiten tegen de muggen. 's Avonds gegeten met de priester en tevens een fijn
gesprek gevoerd.
Back
to top
29 september
2004
Even een rondje voorstellen: Terry
Cassey is dus de priester; Martin is de kok en
Simon is de chauffeur.
Aangezien de parochiekerk nauw verbonden is met de school, die er tegenover ligt
en beiden dezelfde naam dragen (St. Mary's), is ook het personeel van de school
nauw betrokken bij het parochiegebeuren. Michael van de administratie werkt
zowel voor de kerk als voor de school. Het hoofd van de school heet ook Michael.
Albert, de godsdienstleraar, is degene die ons vaak begeleidt.
Verder is
regelmatig Emmanuel, de priester-student aanwezig. Hij loopt momenteel stage en
doet wat pastoraal werk en assisteert de priester in de kerk. Als laatste zien
we vaak Patrick, een student 'banking finance'. Deze student wordt compleet
onderhouden door Father Cassey.
's Morgens is er geen vaste tijd om te
ontbijten; omstreeks 13.30 uur is de lunch en omstreeks 19.30 uur het avondeten.
Net als in Aliade wordt er 2x warm gegeten; is men op de hoogte van het 'white
men's food' en staan de hele dag door de koele drankjes tot onze
beschikking.
Voor het ontbijt Rafaël geld gegeven om een reparatie aan de
auto te kunnen uitvoeren. Ontbeten.
Hierna werd de kleuterschool
en de lagere school bezocht. (St. Mary's Christian Religious Instructions
Nursery & Primary School P.O. Box 1422 Yola Town Adamawa State Nigeria.
Hoofd van de school: Michael Udealor. Mikeudealor@yahoo.com). De leerlingen van
de St. Mary's school zijn ongeveer tussen de 3 en 12 jaar. Eerst bezochten we
drie kleuterklassen. We werden door de kinderen luidkeels begroet. Er werd volop
gezongen en geklapt voor ons. De kleintjes waren om op te vreten! Er zat een
tweeling tussen (2 kleine jongetjes samen op 1 stoel). Het hoofd van de school
vertelde dat de moeder was gestorven bij de geboorte van de tweeling. Cultureel
is bepaald dat een tweeling op voorhand niet geaccepteerd wordt. Deze tweeling
kreeg de schuld van het overlijden van hun moeder en moest volgens de traditie
gedood worden. De vader van de kinderen wil ook niets van zijn zoontjes weten,
omdat ook hij vindt dat de tweeling verantwoordelijk is voor de dood van zijn
vrouw. Uiteindelijk zijn de jongetjes gered door 'The Holy Ghost Fathers' en een
leerkracht van school heeft de broertjes geadopteerd. De direkteur vertelde dat
de school geen financiële steun van de overheid krijgt. Sterker nog……..Hij moet
jaarlijks 15.000 Naira betalen (ongeveer 100 Euro) om lessen te kunnen blijven
geven. Ook liet hij doorschemeren dat er behoefte was aan speeltoestellen,
sportmaterialen e.d. Deze school komt dus zeker op onze website te staan, onder
de link: 'donaties'.De direkteur was erg blij met dit initiatief. We werden
overstelpt met: "God bless you". Ook alle klassen van de lagere school werden
bezocht. Hier deelden we cadeautjes uit: Pennen, potloden, stiften en armbandjes
die ze zelf d.m.v. een tekening in elkaar moesten zetten. Dees deed een
exemplaar voor en de bedoeling werd uitgelegd. De dankbare gezichtjes zullen we
niet snel vergeten. De discipline is enorm. Als je binnenkomt staan alle kinders
op en in koor klinkt het: "Goodmorning". Als je dan vraagt: "How are you?", zegt
de hele klas in koor: "Fine; thank you!"
Ze maken een kleine buiging, gaan
door de knieën, hand op de borst en zeggen allemaal tegelijk: "You are welcome!"
Als je weggaat wordt er uitbundig gezwaaid.
Overigens, het "You are welcome"
horen we al 2 weken. Overal waar we verschijnen, klinkt : "You are
welcome!"
Deze school leek ons de perfekte plek om te voldoen aan het verzoek
van een Pools meisje, woonachtig in Nederland, om haar adres uit te delen, omdat
ze wil schrijven met een Afrikaans meisje.
Na het bezoek aan de school nam
pater Terry Cassey ons mee naar de 'Franciscan sisters' (2 religieuze
verpleegkundigen, oorspronkelijk afkomstig uit Singapore). Bij hen dronken we
thee en maakten nader kennis. Toen we later nog even terugliepen naar de school,
vlogen alle kindertjes op ons af en riepen 'father' tegen Ben en 'aunty' tegen
Dees. Ze wilden allemaal hand in hand met je lopen. We kwamen handen
tekort!
's Middags met Rafaël en Michael van kantoor naar een internetcafé
gegaan. Mails e.d. checken, maar ook even een paar Nederlandse kranten lezen.
Alles wat je dan leest lijkt zo onbelangrijk, als je hier de dagelijkse
'struggle for life' ziet.
Tegen het einde van de middag vertrokken we onder
leiding van pater Terry Cassey voor een autotocht in de omgeving. We zagen o.a.
een 'police children school' en reden door de township. De varkens in Nederland
leven onder betere omstandigheden dan de mensen hier.
Ook bezochten we nog het
parochiehuis St. Joseph. Ja, we zullen weten dat we bij de priesters van de
'Holy Ghost' zijn. Aan kerken en parochiehuizen geen gebrek!
Aangezien er
laat gegeten wordt, vliegen de avonden voorbij: We frissen ons op; we smeren ons
in met Deet en spuiten tegen de muggen. Er wordt samen iets gedronken; er wordt
gegeten; geschreven en getypt. Vanavond de gemaakte foto's bekeken. Ook
gesproken met een student 'banking finance'. Deze jongeman (Patrick) wordt
volledig onderhouden door Father Cassey. Patrick vertelde dat de priester
werkelijk alles afgeeft wat hij heeft. Ook vertelde hij over de economie in
Nigeria: Maar liefst 85% van de bevolking is werkloos.
Back
to top
30 september
2004
Opnieuw Rafaël geld gegeven om de zoveelste reparatie aan de
auto te kunnen laten uitvoeren. Je zou het idee krijgen dat hij het er om doet.
('Witte geef geld'). Echter…de auto is in slechte staat en hij vertelt of laat
zien wat eraan mankeert. Ook de brandstof is niet aan te slepen. Hoewel wij in
principe de benzine betalen, blijven concrete afspraken daarover achterwege.
Vanmorgen naar een cybercafé geweest om de foto's op een cd-rom te plaatsen en
een selectie hieruit te versturen naar de webmaster. Vanaf vandaag staan er dus
foto's op onze website. Foto's op een cd-rom zetten ging niet van een Afrikaans
leien dakje, omdat de juiste software ontbrak. Speciaal voor ons werd het
softwarepakket Nero geïnstalleerd. Bij het verzenden van de foto's bleek dat de
bestanden te groot waren. Er werd gecomprimeerd en 33 foto's werden in 3x
verzonden. Dit alles gebeurde onder supervisie van de eigenaar: Zeer vriendelijk
en behulpzaam. Bij het verlaten van de zaak wilde hij van betalen niets weten.
Sterker nog: Hij gaf ons 2 cd-roms cadeau. Wederom een voorbeeld van Nigeriaanse
gastvrijheid.
Voor de lunch hebben we
ballonnen uitgedeeld aan de kindertjes. Deze leerlingen van de St. Mary's school
bezoeken vaak het terrein van de St. Mary's parochiekerk. Hier in Yola liggen
school en kerk tegenover elkaar; in Aliade naast elkaar. Toch is er hier in Yola
meer contact met de kinderen en het personeel van school en kerk. Het
parochiehuis van Father Cassey is een echt inloop-huis. Dit geeft een hele
gezellige sfeer. Er zijn altijd wel groepen mensen en/of kinderen aanwezig die
praten, zingen en/of bidden. Wij zijn vaak sprakeloos over de warme manier
waarop mensen hier met elkaar omgaan. Father Cassey is zeer gezien!
Hij bekommert zich om de
daklozen. Deze zwervers verblijven 's nachts in de hal van het parochiehuis. 's
Morgens krijgen ze geld toegestopt. Maar we zien ook regelmatig dat deze blanke
priester geld geeft aan bedelaars. En de kleintjes van de St. Mary's school
worden ook niet vergeten. Ze hangen allemaal aan zijn broek en om zijn
nek.
Onnodig te melden dat onze ballonnen gretig aftrek vonden. Binnen een
fractie van enkele minuten waren we door onze voorraad heen. (75 ballonnen). Ook
pennen die we nog over hadden, waren in een mum van tijd uitgedeeld. Deze
kinderen hebben werkelijk niets en kun je nog met alles blij maken. Geluncht.
Getankt.
's Middags richting bush
vertrokken, als voorproefje op morgen. De bush is de favoriete plek van Father
Cassey. Chauffeur Simon (die veel rij-ervaring heeft in de bush) en
godsdienstleraar Albert vergezelden ons. Behendig stuurde Simon de
four-wheel-drive-jeep door de bush en reed daarbij ook dwars door rivieren heen.
De diverse bush-bewoners die we hebben ontmoet, waren meestal bereid om hun
onderkomen te laten zien. We kregen hierdoor een goede indruk van het leven in
de bush.. De 'pictures' zullen heel speciaal worden. Het leven in de bush is
volledig self-supporting. Alles wat geconsumeerd wordt, wordt zelf verbouwd.
Alles wat 'over' is, wordt verkocht op de markt. Vandaar dat we iedereen zien
sjouwen met produkten op hun hoofd. Op de terugweg gingen niet alleen wij door
de rivier, maar ook een paar honderd koeien. Ons eerste woord in de lokale taal
(het Haussa) leerden we vandaag: 'Sannu'. Dit betekent: 'Hallo'. Een korte,
indrukwekkende kennismaking met de bush, die morgen wordt vervolgd (maar dan
onder politie-escorte). 's Avonds in de buitenlucht een viering bijgewoond:
Mensen en kinderen van de St. Mary's parochie en school, die samenkomen. Samen
zingen met de twee blanken; koekjes krijgen van Father Cassey. Kortom: een
kinderfeest.
Ongevraagd heeft de priester nieuwe stoelen, een bank en een
tapijt ontvangen. Het bestaande meubilair was echter nog in goede staat. We
waren het er allemaal over eens dat dit verspilling van geld was. Geld dat hier
zoveel beter besteed had kunnen worden!
Back
to top
1 oktober
2004
Independence day vandaag. (1 oktober 1960): Nigeria is
vandaag 44 jaar onafhankelijk! Wij krijgen vandaag de 'real bush experience'!
Yadim staat op het programma. Met de chauffeur van Father Cassey (Simon) en de
kok (Martin) en onze eigen chauffeur (d.w.z. de chauffeur van John Atoba) Rafaël
vertrokken we om 7.30 uur. Voor vertrek een briefje onder de deur geschoven bij
Michael van kantoor, i.v.m. laptop-problemen. De Afrikaanse koelbox voor de
lunch ging achter in de laadbak van de jeep mee. De weg was bar en boos; met de
jeep dwars door de bush en door rivieren. Het water spatte alle kanten op!
Onbegaanbare paden werden door de four-wheel-drive-jeep moeiteloos genomen. Het
humeur van de chauffeur werd steeds beter naarmate de weg slechter werd. Plezier
in je werk in optima forma! Af en toe sprong er gewoon iemand achter in de
laadbak van de jeep om een eindje mee te rijden. Maar waar bleef de
politie-escorte? Verstaan wij West-Europeanen daar wellicht iets anders onder?
Inderdaad! Politie-escorte betekent hier dat er langs de weg op gevaarlijke
plaatsen politieposten staan. We zagen o.a. een politie-agent op een fiets met
in zijn hand een machinegeweer dat groter was dan de fiets! De aanvallen van
roversbenden zijn nu onder controle, omdat de regering de roversbenden geld
geeft. De omgeving was schitterend! Bergen, bergen, bergen…. zover het oog kon
reiken.
Allebei hadden we last van
onze keel. Het resultaat van veel autorijden met raampjes open, waarbij de
afgelopen weken waarschijnlijk veel smerige uitlaatgassen zijn ingeademd.
Luchtverontreiniging is hier een groot probleem!
Omstreeks 9.15 uur
arriveerden we bij het parochiehuis St.Patrick; onze schuilplek voor vandaag. De
huidige priester-bewoner was op vakantie en wij mochten vandaag dit onderkomen
gebruiken om te eten en te drinken en uit te rusten. Na een kop koffie kregen we
onder leiding van twee jonge bush-bewoners een rondleiding. Eén van de knapen
vertelde dat zijn ouders gestorven waren en dat hij zo graag naar school wilde,
maar geen geld had. Dit soort verhalen horen we de hele dag. Omdat de bush
volledig self-supporting is, waren de jongens goed op de hoogte van de namen van
gewassen, vruchten e.d. Zo lieten ze ons bijvoorbeeld 'millet' zien (gierst);
pumpkin (pompoen) en pawpaw (papaja). Ook vertelden ze ons dat de moslims en de
christenen hier vreedzaam naast elkaar leven. De bush-bewoners vonden het
bijzonder om twee blanken te zien.
De meesten wilden met je op de foto; een
enkeling werd bang en rende weg.
We zagen veel mensen met
littekenversieringen in hun gezicht.
Op het einde van de wandeling (in de
brandende zon) hadden de jongens nog iets bijzonders in petto: Bush-vrouwen
zonder kleren; slechts gehuld in bladeren!
De oudste ging op de foto: 1 tand
in de mond; (gerimpeld) vel over been!
Het was een mooie, maar warme,
vermoeiende tocht, ondanks het feit dat de jongens onze spullen droegen. De thee
en het brood in het parochiehuis waren welverdiend!
We vonden het vreemd dat
iedereen plotseling weg was: de chauffeur, de kok en de jongens die ons hadden
rondgeleid. Wij kregen het gevoel dat we gedropt waren in het parochiehuis,
samen met onze eigen chauffeur. Grappig te melden dat Rafaël (een Nigeriaan)
niet kan communiceren met Simon en Martin (beiden Nigeriaan). Rafaël spreekt
namelijk de lokale taal Tiv en Simon en Martin spreken Haussa. In de omgeving
waar we nu vertoeven leven verschillende 'tribes' (stammen): De Haussa; de
Fulani en de Verre. (Verre betekent 'friend'). Nigeria is verdeeld in vier
regio's: -Onitsha-Makurdi-Okuru en Ekiti en bestaat verder uit ongeveer 36
staten. We spraken met het personeel van het parochiehuis. Na 2 uur daar gezeten
te hebben, besloten we om het personeel te activeren om de chauffeur weer op te
trommelen. We begrijpen er niets van: Er is geen programma; niemand weet wat de
bedoeling is. Als je iets vraagt wordt het initiatief bij jezelf gelegd. Alles
is mogelijk; niets is een probleem; geen moeite is teveel, maar als de blanken
niet tot aktie overgaan gebeurt er gewoon niets!!! Dit schijnt een typisch
Afrikaans trekje te zijn!!! Behoorlijk irritant voor een West-Europeaan! Kwestie
van wennen?
We nemen ons voor dit vanavond eens te bespreken met Father
Cassey. Hij ziet ons namelijk worstelen met de 2 werelden die constant botsen.
In totaal 3 uur gewacht in het parochiehuis. Om 15.30 uur vertrokken we. We
gingen naar een plek, waar alleen aan ons schedels werden getoond: 2 schedels
van gestorven heidenen die uit respect worden herinnerd en worden bewaard in een
grote pot. We moesten lang wachten op het grote moment, omdat alleen de 'chief'
(het stamhoofd) de pot mag openen.
16.45 uur werd de terugreis aanvaard,
waar we omstreeks 18.15-18.30 uur arriveerden. Doodmoe! Als de kinderen je zien
vliegen ze op je af en beginnen te zingen. En zo ging weer een leerzame dag
voorbij. We snakken naar een vrije dag. Misschien voorstellen om een dag langer
in Yola te blijven?
Gepraat met Father
Cassey over de 'mixed feelings'. Hij zei dat we 2 dingen moesten leren: Relaxen
en bevelen geven. Als je je personeel niet kunt commanderen, dan zul je
gefrustreerd door het Afrikaanse leven gaan. De chauffeur en de kok hadden bij
jullie moeten blijven. Je bent veel te aardig geweest. Je had de autosleutels
moeten pakken. Nu zijn ze gewoon op bezoek gegaan bij vrienden en hebben jullie
uren laten wachten.
Conclusie: Frustration belongs to the
experience!!!!!
Back
to top
Terug